Kleuters die op een school zitten waar afwisselend Nederlands en Frans wordt gesproken, verbeteren niet alleen hun talenkennis. Ze gaan ook beter presteren op intelligentietests.
Aan de andere kant van de taalgrens zijn ze inmiddels geen zeldzaamheid meer: immersiescholen die kinderen spelenderwijs onderdompelen in een andere taal dan hun moedertaal. Om de halve of hele dag wisselt op zo’n school de voertaal. Een dag verloopt dan in bijvoorbeeld het Nederlands in plaats van in het Frans. Aan de hand van spelletjes, liedjes en opdrachten maken kinderen steeds diepgaander kennis met de vreemde taal. Tijdens pauzemomenten en op de speelplaats worden ze aangemoedigd om die taal ook actief te gebruiken.
…
Verschenen in De Standaard, 17 februari 2016, http://www.standaard.be/cnt/dmf20160216_02132169