De Morgen publiceerde gisteren het verhaal van Ecrin. Ze is 5 jaar en loopt school in Berchem. Thuis is er enkel Duitstalige televisie. Haar vader spreekt geen Nederlands. Hij haalt Ecrin meestal ‘s middags weg van school. Een schrijnende illustratie van wat ons onderwijs nodig heeft: meer aandacht voor taalachterstand en vroegere interventies voor sociaal kwetsbare kinderen.
Eigen schuld dikke bult, zullen sommige cynische lezers gedacht hebben. De vader klaagt over het gebrek aan kansen op hoger onderwijs, maar neemt niet de verantwoordelijkheid om Ecrin een maximaal (gratis) schoolaanbod te bieden. Hij zegt zelf dat taal belangrijk is, maar spreekt geen Nederlands. Tot wanhoop van de kleuterjuf, die de bui van een moeizaam lager onderwijs al ziet hangen. Uiteraard dragen ouders een enorme verantwoordelijkheid voor de schoolloopbaan van hun kinderen. Maar vingerwijzingen helpen kleuters niet. De overheid moet structurele maatregelen nemen om de onderwijskansen van elke kleuter te maximaliseren.
Reeds in de jaren ’80 toonde onderzoek van Stanovich dat sociale achterstand in het onderwijs hoofdzakelijk een taaleffect is. Net om dit te voorkomen moesten kleuters die onvoldoende aanwezig waren in de Vlaamse kleuterklas vanaf 2010 een taaltoets afleggen voor ze naar het lager onderwijs mochten. Een maatregel die nooit goed uitgevoerd werd en in 2014 afgeschaft werd. Ondertussen daalt nu drastisch het aantal kleuters dat vroeger dan de leerplicht (6 jaar) naar school gaat, vooral in de steden. In Gent gaat al bijna 1 kleuter op 10 niet voldoende naar school. En dat met een zwak criterium van 220 halve dagen, wat al veel minder is dan het voltijdse kleuteronderwijs dat veel autochtone kleuters genieten. Uit een parlementaire vraag van Ann Brusseel blijkt bovendien dat deze kleuteruitval vier keer groter is bij kleuters die thuis geen Nederlands spreken. Dit is dramatisch: in het bijzonder wie het kleuteronderwijs meest nodig heeft, haakt af. Het resultaat is een grote groep kinderen van wie de schoolcarrière op voorhand ernstig gehypothekeerd wordt. Het zijn de ongediplomeerde schoolverlaters en werklozen van 2027. Schoolachterstand voor deze kleuters situeert zich dan ook aan de startlijn. Dat is in het bijzonder voor anderstalige kleuters dramatisch omdat vanaf 6 jaar de capaciteit van het brein om taal te verwerven afneemt.
Een sociaal schoolbeleid moet dan ook vroeger gebeuren, in plaats van met inefficiënte lapmiddelen achter de feiten aan te lopen. Daarom is vroegere schoolplicht een must. Het huidige kleuteronderwijs, en het taalbad dat het biedt, is het noodzakelijke begin. Maar het mag eigenlijk ook iets meer zijn. Nobelprijswinnaar James Heckman volgde 40 jaar een groep kwetsbare kinderen, en berekende dat elke euro gespendeerd aan een 4-jarige tot 300 euro opbracht wanneer die 65 wordt. Een jaarlijks rendement van 7 à 10%! Hoe vroeger men investeert, hoe sterker de opbrengst: investeringen bij 3- jarigen zijn veel effectiever dan die voor 6-jarigen. Een paar uur per dag intensieve onderwijsopvolging, leverde verbluffende resultaten op: hogere intelligentiescores, minder bijzondere onderwijsnoden, meer hoger onderwijs, hogere salarissen en huisbezit. Voor de samenleving: minder uitkeringen en criminaliteit, meer belastinginkomsten.
De Vlaamse regering moet daarom ernstig een vervroeging van leer-, school- of onderwijsplicht overwegen. Open VLD en Groen zijn sterke voorstanders, en ook N-VA en SP.a zijn voor, zij het allen met eigen accenten. Laat ons niet langer aarzelen, en zet kleuters als Ecrin aan dezelfde startlijn.
(verschenen in De Morgen, 26 augustus, pdf)