In het Franstalige onderwijs zijn leerkrachten, leerlingen en ouders bezig aan hun laatste herfstvakantie in de huidige vorm. De schoolkalender verandert volgend jaar. Wijst Wallonië het Vlaamse onderwijs de weg?
Twee weken herfstvakantie, twee weken krokusvakantie en een kortere zomervakantie. Zonder grote verrassingen zal het schooljaar 2022-2023 er grondig anders uitzien in het Franstalige onderwijs. De hervorming van le rythme scolaire werd medio oktober een eerste keer goedgekeurd door de regering van de Fédération Wallonie-Bruxelles. De start is gepland, niet op donderdag 1 september 2022, maar op maandag 29 augustus.
Hoewel de herfstvakantie de eerste vakantie is die er anders zal uitzien, ligt het zwaartepunt van de hervorming in het tweede semester. Pasen wordt niet langer als ijkpunt gezien. Dat is nodig om het nieuwe systeem, het zogenaamde 7/2-model, in te voeren. In dat systeem worden zeven weken les gevolgd door twee weken vakantie. Omdat Pasen elk jaar op een andere dag valt, moet de paasvakantie wijken voor een ‘lentevakantie’. Volgend schooljaar zal die zelfs niet overlappen met de paasvakantie (zie schema). In zo’n schema krijgt ook de krokusvakantie een stabielere timing.
‘We doen deze hervorming in de eerste plaats om de kinderen en jongeren te helpen’, zegt Jean-Francois Mahieu, de woordvoerder van minister van Onderwijs Caroline Désir (PS). Mahieu verwijst naar het fenomeen van learning
loss – de opgelopen leerachterstand na een zomervakantie – maar ook naar het advies over het 7/2-model van experts chronobiologie, die het optimale ritme van het kind bestuderen. ‘Historisch zijn de twee maanden zomervakantie er gekomen opdat jongeren op het veld konden helpen. Vandaag is dat niet meer aan de orde en hebben twee maanden vakantie een negatieve impact op de leerprestaties’, zegt Mahieu.
Hoewel de vakantie in het Franstalige onderwijs tien of elf weken van de veertien of vijftien blijft overlappen met het Nederlandstalige onderwijs, is er heel wat ongerustheid in Brussel. Ouders, leerkrachten, clubs en verenigingen dreigen met twee systemen rekening te moeten houden.
Vlaamse tussenoplossing?
Ook in Vlaanderen wordt een hervorming van het schooljaar onderzocht. Aanvankelijk had minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) weinig zin om dat debat te starten. Het is niet opgenomen in het regeerakkoord, alle aandacht werd opgeëist door de coronacrisis en een aanpassing ‘treft ook andere economische sectoren’, benadrukte hij eerder.
Bij de start van dit schooljaar heeft de minister alsnog aan de onderwijspartners – zoals de ouderverenigingen, de koepels en de vakbonden – gevraagd om te onderzoeken of er een draagvlak is voor een andere vakantieregeling. Die stap is ook genomen ‘om niet achter te blijven op het Franstalige onderwijs’, klinkt het op het kabinet-Weyts.
Het gemeenschapsonderwijs stuurde zijn ouders enkele dagen geleden een enquête. De partners kregen geen scherpe deadline. De adviesraden Vlor en Serv mikken op het einde van het schooljaar. ‘We willen het draagvlak breed verkennen en bijvoorbeeld ook de jeugdwerking erbij betrekken’, zegt Ann Daenens van de Vlor.
De commissie–Brinckman
, die vorige week haar rapport heeft voorgesteld, levert alvast extra munitie voor het debat. Een van de aanbevelingen is een betere spreiding van de vakanties. ‘De wetenschap is ondubbelzinnig. Onze zomervakantie is te lang’, aldus het rapport. De leden van de commissie schuiven in eerste instantie een tussenoplossing naar voren: door het schooljaar altijd op een maandag te laten starten en op een vrijdag te laten eindigen, zou er een kleine winst geboekt worden. Het schooljaar 2022-’23 start dan bijvoorbeeld op maandag (29 augustus) en niet op donderdag (1 september). De extra dagen zouden gebruikt kunnen worden om een brug te maken bij feestdagen.
Op lange termijn moet ook in Vlaanderen overwogen worden om Pasen als ankerpunt voor vakanties los te laten, zegt de commissie. ‘Het huidige systeem, waarbij het aantal weken in het tweede en het derde trimester afhangt van de wisselende paasdatum, maakt de spreiding van de leerstof en de planning van toetsen en evaluaties onnodig ingewikkeld en ieder jaar weer anders.’
Klaas Maenhout ■
Verschenen in De Standaard, 3 november 2021