Blijft de automatische toegang tot hoger onderwijs?

T egelijk is ook de oefening bezig over de eindtermen in de laatste twee jaren van het middelbaar onderwijs. Ze ligt in het verlengde van het derde en vierde jaar, omdat het grosso modo over dezelfde studierichtingen gaat. Maar de grote vraag wordt in welke mate het succesvol afronden van het middelbaar onderwijs automatisch toegang blijft geven tot het hoger onderwijs.

Pedagoog Pedro De Bruyckere, GO!-

topvrouw Raymonda Verdyck en topman katholiek onderwijs Lieven Boeve schetsen hoe dubbel de situatie is. In een ideale wereld moet een diploma middelbaar onderwijs volstaan. Op basis van de eindtermen, de behaalde resultaten en

het advies van de klassenraad zou elke scholier perfect moeten weten waar hij klaar voor is.

Maar alleen al omdat er zoveel verschillende richtingen in het middelbaar onderwijs zijn, werkt het in de praktijk niet zo. ‘Iemand die moderne talen heeft gevolgd heeft wellicht te weinig wetenschappen en wiskunde gehad om te starten aan een opleiding geneeskunde’, zegt De Bruyckere. ‘We moeten vooral voorkomen dat je kinderen al op hun 14de impliciet verplicht te kiezen wat ze later in het hoger onderwijs willen studeren.’

Psycholoog Wouter Duyck vreest dat een ijkingsproef daarnaast nodig wordt om het probleem van de dalende kwaliteit op te lossen. In zo’n test weet iemand dan of hij over de minimale competenties beschikt om aan een opleiding te beginnen. ‘We moeten lijdzaam toezien hoe het niveau van wie afstudeert in het middelbaar onderwijs zakt.’

Ben Weyts zegt in vrijblijvende ijkingsproeven twee voordelen te zien. Leerlingen kunnen hun competentie testen voor ze aan een richting beginnen en zich eventueel eerst bijscholen voor ze starten. Tegelijk kunnen ze al eens proeven van de materie, en ervaren of ze hun ligt. In die zin kan het helpen een doordachte studiekeuze te maken, vindt de Vlaamse minister van Onderwijs.

De discussie ligt gevoelig omdat ijkingsproeven er volgens sommigen toe leiden dat alleen geslaagden aan de opleiding kunnen beginnen. De tests voor wiskunde worden almaar beter en kunnen almaar exacter voorspellen of een student de opleiding met succes kan afronden. In die omstandigheden zal de druk ontstaan om niemand tot de opleiding toe te laten die de test niet haalt.

Of hoe het Vlaams onderwijs voor een moment staat waarop duidelijk moet worden waar de komende jaren de lat ligt en wat het betekent voor wie erover raakt. Duyck: ‘Het draait volgens mij maar om één ding: kwaliteitscontrole. Goede eindtermen. Eindproeven. Meten van competenties. Als dat deze legislatuur lukt op een goede, wetenschappelijk onderbouwde manier, dan is dat de grootste onderwijshervorming in jaren.’

Verschenen in De Tijd, 15 februari 2020

https://www.tijd.be/politiek-economie/belgie/economie/moeten-we-dat-kennen/10208526.html

Comments are closed.

Post Navigation