Ondernemerschap is belangrijk in Vlaanderen. Toch blijft het, hoewel niemand stilzit, wachten op meer internationale succesverhalen van Belgische makelij. Hoe komt dat? Wat doen we verkeerd? Of wat laten we na?
Ondernemerschap is actie. De focus lijkt dan ook te moeten liggen op gedragsverandering, maar we mogen niet vergeten dat gedrag het gevolg is van zowel het vermogen tot handelen als het denkvermogen van de ondernemer. Het doevermogen is een overkoepelende term. Het stelt een individu in staat om plannen te maken, in actie te komen, om te gaan met tegenslagen, vol te houden, zelfredzaam te zijn. Het denkvermogen verwijst naar de intelligentie of het IQ: de mogelijkheid om kennis te verzamelen, te verwerken, op te bouwen en te gebruiken. Dat denkvermogen is deels aangeboren, maar we weten ook dat goed onderwijs het denkvermogen van studenten kan aanscherpen.
In de discussie over succesvol ondernemerschap is de slinger ver naar het doevermogen doorgeslagen. Het verwerven van domeinspecifieke of vakgerelateerde kennis blijkt in de digitale maatschappij ouderwets te zijn. Waarom er ook nog tijd aan besteden als je Google hebt, om nog maar te zwijgen van de opkomst van artificiële intelligentie?
Succesvolle ondernemersverhalen in de populaire pers benadrukken ook vaak het doevermogen. Leren uit falen is belangrijker dan het vooraf opnemen van domeinspecifieke kennis. De boodschap is: ga aan de slag, en vergeet het verwerven van die basiskennis maar.
Ook in het ondernemerschapsonderwijs wordt die trend zichtbaar. Vandaag verovert het EntreComp-model van de Europese Commissie razendsnel het onderwijslandschap. Dat is vreemd, want het tien jaar oude model is tot op heden nog niet empirisch getoetst. Het stelt 15 ‘transversale’ competenties voor die de basis zouden zijn voor ondernemend gedrag ‘in alle dimensies van het leven’. Wie er met een fijne kam doorgaat, vindt er hooguit een handvol competenties die expliciet verwijzen naar denkvermogen. Voorts staat het bol van vaardigheden.
Het is hip en cool om te claimen dat individuele verschillen in het denkvermogen niet relevant zijn voor succesvol ondernemerschap. Dat zijn verhalen die verkopen. Tijdens het EntreComp-feestmaal zien supporters de olifant in de kamer van het ondernemerschapsonderwijs niet staan: het denkvermogen, intelligentie of IQ.
Veel minder sexy, maar een flink stuk relevanter, is een meta-analyse van Jens Unger en collega’s. Zij bestudeerden de relatie tussen het menselijk kapitaal in een organisatie en het ondernemend succes ervan. De onderzoekers stellen een significante positieve correlatie vast tussen kennis en vaardigheden enerzijds en ondernemend succes anderzijds.
Verwant daarmee komen Unger en co. nog tot een tweede interessante vaststelling: sterk taakgerelateerd menselijk kapitaal leidt tot meer ondernemend succes dan menselijk kapitaal met een zwakke taakgerelateerdheid. Lees, hoe minder domeinspecifieke kennis, hoe minder ondernemend succes.
Deze resultaten hebben een grote betekenis voor het huidige
onderwijsdebat en meer bepaald voor het debat over ondernemerschapsonderwijs in Vlaanderen. We roepen dan ook op het stimuleren van het denkvermogen opnieuw een volwaardige plaats te geven in het ondernemerschapsonderwijs.
Voorts is het besef cruciaal dat nieuwelingen anders leren dan experten, en dat lijkt die laatste groep vaak te vergeten. Bij wie nieuw is moeten de juiste pedagogische werkwijzen worden gebruikt om het denkvermogen te stimuleren. Let wel, we pleiten niet om andere attributen te negeren die het doevermogen en het ondernemend gedrag stimuleren. Maar laten we alstublieft het paard niet achter de kar spannen.
Door Bart Derre (lector vakgroep Commerciële Economie & Ondernemen HoGent, PhD candidate TU Eindhoven en directeur The BEE), Luc Vandingenen (algemeen directeur BTI Studios), Koen Smets (organisatiedeskundige en directeur The BEE), Mathieu Weggeman (hoogleraar TU Eindhoven, faculteit Industrial Engineering & Innovation Sciences), Wouter Duyck (professor Experimentele Psychologie UGent) en Pedro De Bruyckere (pedagoog en onderzoeker Arteveldehogeschool Gent). De auteurs schrijven in eigen naam.
(verschenen in De Tijd, 11 mei 2018, PDF)